Afstand doen van een goodwillvergoeding

1
Afstand doen van een goodwillvergoeding
2

• Het Gerechtshof Amsterdam heeft recentelijk1
  bevestigd dat het weg contracteren van een
  goodwillvergoeding aan de handelsagent tijdens de
  looptijd van de agentuurovereenkomst niet is
  toegestaan. Na het einde van de overeenkomst mag
  de handelsagent wel afstand doen van zijn
  mogelijke recht op betaling van de
  klantenvergoeding.
• In deze zaak trad de Algemene Nederlandse
  Vereniging van Reisondernemingen (ANVR) als
  belangenbehartiger van enkele bij haar
  aangesloten reisbureaus op tegen
  luchtvaartmaatschappijen die onderdeel zijn van
  het samenwerkingsverband Star Alliance, waaronder
  Lufthansa.

3
Nieuw verkoopmodel

• De luchtvaartmaatschappijen hadden een nieuw
  verkoopmodel geïntroduceerd, waarbij de lopende
  agentuurovereenkomsten werden vervangen door
  overeenkomsten conform het nieuwe verkoopmodel.
  Het nieuwe verkoopmodel hield in dat de
  luchtvaartmaatschappijen voortaan geen commissie
  meer betalen aan de reisbureaus voor hun
  bemiddelingsdiensten. In plaats daarvan krijgen
  de reisbureaus opdracht van de reiziger om voor
  hem een reis te boeken. Dus de reiziger betaalt
  het reisbureau.

4

• ANVR stelde zich op het standpunt dat de nieuwe
  overeenkomsten ook als agentuurovereenkomsten
  moeten worden aangemerkt. Het Gerechtshof volgde
  dat standpunt niet, omdat de reisbureaus geen
  commissie van de luchtvaartmaatschappijen betaald
  krijgen maar een vergoeding van de reiziger
  ontvangen voor hun diensten.

5
Recht op goodwill

• De luchtvaartmaatschappijen stelden op hun beurt
  dat het geoorloofd is om afstand te doen van het
  recht op een goodwillvergoeding. Volgens de
  luchtvaartmaatschappijen is er geen strijdigheid
  met de wet, omdat de reisbureaus zelf hebben
  ingestemd met de afstand van het recht op
  goodwill. Die heeft plaatsgevonden door het
  aanbieden van de nieuwe overeenkomsten die nadien
  door de reisbureaus zijn ondertekend. Het
  Gerechtshof oordeelde echter dat de instemming
  van de reisbureaus tijdens de looptijd van de
  agentuurovereenkomst is gegeven. Dus niet na
  afloop van de overeenkomst. De nieuwe
  overeenkomsten volgden namelijk direct in de tijd
  op de oude agentuurovereenkomsten. Dat maakt de
  afstand van het recht op de klantenvergoeding
  nietig.

6

• De specifieke regels voor agentuurovereenkomst
  zijn dwingendrechtelijk en afspraken die in
  strijd met die regels worden gemaakt, zijn
  nietig. De contractsvrijheid van partijen is dus
  door de wet beperkt. Van bepaalde regels mag
  geheel niet worden afgeweken en van andere regels
  mag niet worden afgeweken ten nadele van de agent
  voorafgaand aan het einde van de overeenkomst.
  Dat laatste geldt ook voor het recht van een
  agent op betaling van een klantenvergoeding.

7
www.flib.nl