Title: De doorstroom naar de arbeidsmarkt van bijstandsgerechtigden
1De doorstroom naar de arbeidsmarkt van
bijstandsgerechtigden
- Sarah Carpentier
- Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck
- Stuurgroep Activering POD mi
- 8 februari 2011
2(No Transcript)
3Presentatie
- 3 doelstellingen
- Nagaan wie zijn de personen met leefloon of
equivalent leefloon - Beschrijven hoe activering in de praktijk gebeurt
- Bril aanreiken om naar duurzame arbeidsintegratie
te kijken
41. Activering in de bijstand
51. Activering in de bijstand
- Subjectievere, lokalere en individuelere
dienstverlening dan uitkering toekennen - Wetgeving laat veel ruimte voor maatwerk
- Geen uniforme screening
-
- Indirecte bevoegdheidsoverdracht naar de OCMWs
61. Activering in de bijstand
- Indirect aangestuurd door meerdere beleidsniveaus
- Lokale mix!
- Wie start werk? En voor wie worden waar welke
instrumenten gebruikt?
72. Gegevens Methode
- Representatieve steekproef
- obv Datawarehouse van KSZ
- 1/3 van alle personen met leefloon of financiële
steun in juni 2005 (N28093) - geen recht op andere uitkering
- niet werkend
- volledige bijstandsbevolking
- ? instromers!
- Transitie naar werk tot eind 2007
- Event history analyse technieken
82. Gegevens en methodologie
- Data beperken bril op activering
- Geen gegevens over
- Belangrijke persoonskenmerken
- Onderwijsniveau
- Fysieke en mentale gezondheidssituatie
- Capaciteit om te werken
- Deelname aan training of scholing
- Zwartwerk
93. Wat is het profiel van de bijstandspopulatie?
10Relevante dimensies om het profiel van de bijstandsgerechtigden te bekijken Relevante dimensies om het profiel van de bijstandsgerechtigden te bekijken
Aanvullende uitkering (bij werk of een andere uitkering) of volledige uitkering R O L B IJ S T A N D
Leefloon of financiële steun R O L B IJ S T A N D
Instromer of al langer in de bijstand R O L B IJ S T A N D
Socio-economische kenmerken R O L B IJ S T A N D
11Hoe lang al een uitkering
12Naar leeftijd
13Nationaliteitsgroep Percentage Index tov beroeps-actieve bevolking
Belg bij geboorte 36 0,4
Europese nationaliteit 10 5,9
Niet-Europese nationaliteit 39 9,9
Genaturaliseerd, Europese nationaliteit bij geboorte 4 0,7
Genaturaliseerd, Niet-Europese nationaliteit bij geboorte 12 3,7
64
Bron Datawarehouse EU-SILC 2005
14Huishoudtype (Rijksregister, 1 januari 2005) Percentage Index t.o.v. beroepsactieve bevolking
Koppel met kinderen 14 0.4
Koppel zonder kinderen 5 0.3
Eenouder 23 1.3
Alleenstaande 31 3.7
Collectief huishouden 1 0.1
Ander hh/onbekend 26 1.7
15Nationaliteitgroepen per leeftijdscategorie
16Duur in de bijstand per leeftijdsgroep
174. Uitstroom naar werk uit de bijstand
18Dimensies van de capaciteit tot sociale mobiliteit door werk Dimensies van de capaciteit tot sociale mobiliteit door werk
Kans op uitstroom Activeringscapaciteit of druk
Duur tot uitstroom Activeringscapaciteit of druk
Type uitstroom Wegen naar werk (eigen) toewijzing aan wegen
Zelfredzaamheid Sociale mobiliteitscapaciteit
Jobkwaliteit Sociale mobiliteitscapaciteit
Duurzame arbeidsintegratie Sociale mobiliteitscapaciteit
194.1. Wie maakt de transitie naar werk?
20Kans op tewerkstelling
- Controlerend voor andere kenmerken
- Mannen hogere kans dan vrouwen
- Middellange duur hogere kans dan korte duur en
lange duur in het leefloon - 18-24 jarigen lagere kans dan leeftijd 25-44
- Migranten hogere kans dan belgen bij geboorte,
vooral niet-EUers (niet genaturaliseerd) hebben
een hoge kans
21Kans op tewerkstelling
- Controlerend voor andere kenmerken
- Financiële steun hogere kans dan leefloon
- Reeds gewerkt hogere kans dan niet gewerkt
- Vlaanderen hogere kans dan Waals en Brussels
gewest, Brussels gewest hogere kans dan in Waals
gewest - Kleine gemeentes hogere kans dan grotere
gemeentes
224.2. Wanneer maakt men de transitie naar werk?
23Uitstroom naar werk na diverse tijdstippen
11
20
27
31
36
244.3. Welke wegen naar werk?
25In de loop van twee en een half jaar
26(No Transcript)
274.4. Hoe zelfdredzaam zijn werkenden?
28Zelfredzaamheid op het eerste moment van
tewerkstelling
met een aanvullende bijstandsuitkering met een aanvullende bijstandsuitkering
Artikel 60 0.1
Activeringsprogrammas 12
Zelfstandige 32
Interimwerk of seizoensarbeid 67
Ander werk (gesubsidieerd of niet) 28
Totaal 30
29 werkend op eerste moment van tewerkstelling
304.5. Wat zijn de kenmerken van de jobs die ze
doen?
31Percentage tewerkstelling
1-20 3
21-40 5
41-60 10
61-80 5
81-99 4
100 (of meer) 74
Totaal 100
324.6. Hoe duurzaam is de stap naar werk? (ruw)
33Percentage werkenden in de twee jaar na de
transitie naar werk
345. Conclusie
35Conclusie
- Beleidsvragen en aandachtspunten
- Van tewerkstellingsmaatregelen naar wegen naar
werk - Invoeginterim beperkt gebruikt, maar ruimte voor
instrument - Artikel 60?
- Combinatiestatuten aandachtspunt voor beleid
- KSZ krachtig instrument
- Nog hiaten
36- Bedankt voor je aandacht!
- Vragen of bemerkingen?
- Sarah.Carpentier_at_ua.ac.be
- of
- 03/2655400