Title: Chronische otitis media en cholesteatoom'
1Acute Otitis Media
Resolution
Suppurative Complication
Acute PerforationOtitis Media
Persistent Effusion
CSOM
Resolution
Chronic OME
ResolutionHealing
Resolution Chronic Perforation
Sequelae
Resolution
Perforation SOM
No Otitis Media
Recurrent Otitis Media
CSOM
2Suppuratieve complicaties van otitis media
- Intratemporele complicaties
- Acute mastoiditis (0.7 / 100 000)
- Labyrinthitis
- Paralyse N Facialis
- Petrositis
- Intracraniële complicaties (mortaliteit 18)
- Meningitis
- Sinus sigmoideus trombose
- Hersenabces
- Per continuitatem - hematogeen
3Acute mastoiditis
4Chronische suppuratieve otitis media (COM)
- Chronische suppuratieve otitis media met of
zonder cholesteatoom - Actief en inactief
5Definitie en terminologie
- Chronische of intermittente oorloop doorheen een
blijvende perforatie van het trommelvlies. - De perforaties worden beschreven ngl de
anatomische lokalisatie - centrale perforaties
- subtotale perforaties
- marginale perforaties onveilig
- atticale perforaties onveilig
6Atticale perforatie
Subtotale perforatie
Traumatische perforatie
7Etiology
- Chronic stage following an attack of AOM with
perforation. - Relationship with persistent ME effusion
- decrease in thickness of the fibrous layers
- Abnormalities of humoral and cell mediated
immunity - Anatomical predisposing factors
- cleft palate, Downs syndrome, dysfunction of ET
allowing reflux of nasopharyngeal contents
8Ontstaansmechanisme
- Trommelvliesperforatie
- De ontwikkeling van chronische suppuratieve
otitis media verloopt via het persisteren van de
trommelvliesperforatie langswaar bacteriële
contaminatie van het middenoor ontstaat vanuit de
uitwendige gehoorgang. - Cholesteatoom retractie (-P) migratie metaplas
ie
9CholesteatomaClassification
- Congenital
- Acquired
- Primary acquired
- Secondary acquired
10Congenital Cholesteatoma
- Pathogenesis
- Arise from embryonal inclusions or rests of
epithelial cells - Intact tympanic membrane !
- Further classification according to its location
in the temporal bone - Petrous pyramid
- mastoid
- middle ear cleft
11Congenital Cholesteatoma
- Definition set of criteria
- White mass medial to normal tympanic membrane
- Normal pars flaccida and pars tensa
- No prior history of otorrhea or perforations
- No prior otologic procedures
- Prior bouts of OMA is NO exclusion criteria
12Acquired cholesteatomapathogenesis
- Several theories
- Retraction of pars flaccida
- Implantation theory
- Metaplasia
- Migration
Primary acquired
Secundary acquired
13- Dysfunction of Eustachian tube
- poor ventilation ME
- pressure ? ME
Retraction of pars flaccida
Retraction of pars flaccida
Altered migration pattern of tympanum ?
Encouraging accumulation of keratin
Keratin sac enlarges to and around the ossicles,
the attic walls, etc...
14- Squamous epithelium is implanted into the ME as a
result of - Surgery
- Foreign body (ventilating tubes)
- Blast injury
Implantation theory
15Chronic or recurrent otitis media
Metaplasia theory
Chronic irritation or infection of ME
Keratinized stratified squamous epithelium
Low cuboidal epithelium
16Permanent perforation of tympanic membrane
Migration of squamous epithelium along
perforation edge This process is triggered by
chronic infection in the tympanic cavity
Migration theory
17Chronische otitis media zonder cholesteatoom
18COM zonder cholesteatoom
19Chronische otitis media met cholesteatoom
Marginale perforatie met cholesteatoom
TV
Atticaal cholesteatoom
20Symptomatologie en diagnose van CSOM/cholesteatoom
- Gehoorverlies (tinnitus drukgevoel)
- Oorloop (Otorrhea) intermittent/chronisch
- Bij verwikkelingen vertigo pijn acute
mastoiditis perceptiedoofheid - Diagnose essentieel door micro-otoscopie
21Bacteriologie van COM
- Aeroben S. Aureus P. Aeruginosa
- Anaeroben 8-50 Bacteroides -
Peptococcus symbiose met aeroben - Menginfecties
22Begeleidende (aspecifieke) pathologie
- Tympanosclerose hyalinisatie en fusie van
collageen - Ossiculaire lesies
- Fibreuze sclerose en mastoid sclerose
- Cholesterine granuloom
- Labyrinthitis en SNHL
23Ossiculaire lesies
- Bot resorptie resulteert uit
- osteoclastische aktiviteit
- a.g.v. - granulatie weefsel
- - avasculaire necrose
- Lange been incus en stapes suprastructuren zijn
meest gevoelig voor botresorptie - Nieuwvorming van bot kan optreden en aanleiding
geven tot ossiculaire fixatie
24Extensie van cholesteatoom
- In rotsbeen weerkerende patronen
- Buiten rotsbeen
25Radiologie van cholesteatoom
26Radiologie van cholesteatoom
27Radiologie van cholesteatoom
28Management
- Otomicroscopisch onderzoek
- Microbiologisch staal
- Audiometrische testen
- Radiology CT scan
29 Behandeling
- Medische behandeling
- onderliggende predisponerende factoren opzoeken
- eliminatie van infectie / controle van otorrhea
- Chirurgie
- eliminatie chronische ontsteking/cholesteatoom
- herstel trommelvlies
- restoratie gehoor
30Toxiciteit van ototopica
- bacteriologie
- beschikbare medicatie
- ronde venster - ovale venster
31Ototoxiciteit van ototopica op de Belgische markt
32Speciaal congenitaal cholesteatoom
33Cholesteatoom in kinderen
- Congenitaal en verworven
- Meer argumenten voor canal wall up surgery
- Minder complicaties bij eerste presentatie
- Meer kans op recurrence in grote series
34Sequellen
- replacement membrane of bedekte perfo
- Tympanosclerose, ossiculaire letsels
- Soms traag progressief
35(No Transcript)