Title: Misverstanden over PV installaties
1Misverstanden over PV installaties
2Er is te weinig zon in België
- Niet waar. Over een volledig jaar levert in
België de zon per m² ongeveer 1000 kWh aan
lichtenergie. Dat is omgerekend ongeveer 100
liter stookolie per m². Ruim de helft daarvan
komt uit indirect zonlicht (zonlicht bij bewolkte
hemel). - Een doorsnee fotovoltaïsch systeem met een
gemiddeld rendement van 11 haalt dus uit het
zonlicht 110 kWh nuttige zonnestroom per jaar en
per m2. Met een dak van 30 tot 40 m² kan een
gezin het gemiddelde jaarlijkse stroomverbruik
helemaal zelf produceren.
3Zouden we niet beter wachten tot het rendement
van zonnepanelen verbeterd
- Nee, want marktgroei en verbeterde techniek gaan
hand in hand. Met de inkomsten uit de verkoop van
zonnepanelen kan de industrie investeren in
onderzoek en ontwikkeling. Bovendien is het
belangrijk om een redelijk goed rendement tegen
een lage kostprijs aan te bieden, dan zeer goede
maar dure panelen die niemand wil aanschaffen. - Als de spoorwegen in de negentiende eeuw gewacht
hadden tot de hogesnelheidstrein uitgevonden was,
lagen er nu geen sporen. - Zoals je kan wachten op digitale fototoestellen
met een hogere resolutie, maar ondertussen trek
je geen foto's.
4Zonnepanelen maken vraagt meer energie dan ze
opwekken
- Niet waar, de totale energie om alle onderdelen
van een volledige PV- installatie (panelen,
structuur, kabels, omvormer) te produceren wordt
op ongeveer 3 jaar terugverdiend. Meer zelfs, dit
gebeurt door de productie van milieuvriendelijke
groene stroom. - De levensduur van een zonnepaneel bedraagt
minstens 25 jaar, zodat het dus nog zeker 20 jaar
netto groene stroom oplevert. - Dunnefilm zonnepanelen hebben zelfs een
energetische terugverdientijd van 1,5 jaar. In de
toekomst zal deze terugverdientijd van alle
zonnepanelen nog dalen, door zuiniger
materiaalgebruik en betere productieprocessen. - Zonnepanelen zullen meer en meer gemaakt worden
door de stroom die ze zelf opwekken en aldus is
de kring rond.
5De productie van zonnepanelen gebeurt in zeer
vervuilende industrie
- Niet waar, de fabricage van de siliciumschijfjes
voor zonnecellen gebeurt in de metaalindustrie,
voor de bewerking tot zonnecellen zijn allerlei
chemische processen nodig. Al deze bewerking
gebeuren onder strikt gecontroleerde voorwaarden
die voldoen aan de geldende milieunormen.
Bovendien werken meer en meer zonnecelfabrieken
op groene energie. - Het smelten van zand tot siliciumschijfjes
bijvoorbeeld gebeurt in Noorwegen met stroom uit
waterkracht.
6Zonnepanelen zijn na 10 jaar versleten
- Niet waar, bij kristallijne zonnepanelen is er
wel een lichte vermindering van het vermogen
mogelijk. Daarom geven de fabrikanten een
vermogensgarantie van 80 na 25 jaar werking. Dat
is een zeer voorzichtige ondergrens, er zijn
panelen bekend die na 30 jaar nog ruim 90 van
het oorspronkelijke vermogen halen. - Een studie aan het Duitse "Frauhofer Institute
for Solar Energy Systems" in Freiburg toonde
zelfs aan dat PV-installatie van 20 jaar oud de
laatste 5 jaar zelfs geen vermogensvermindering
lieten optekenen. - Wel kan de omvormer eventueel defect gaan na 10
jaar, voornamelijk door het verslijten van de
elektronische onderdelen. - Op dat ogenblik kan de omvormer dan tegen een
zeer aanvaardbare kost vervangen of zelfs
hersteld worden.
7 Zonnepanelen zorgen voor veel afval
- Aan het einde van hun lange levensduur kunnen
zonnepanelen bijna volledig gerecycleerd worden.
Alle onderdelen worden gescheiden en apart
verwerkt (glas, kunststof, metaal, zonnecellen).
De zonnecellen zelf kunnen terug omgesmolten en
bewerkt worden tot perfect werkende nieuwe
zonnecellen. De zonnecelindustrie heeft zelf een
vrijwillig terugnamesysteem uitgewerkt.
8Moeten zonnepanelen regelmatig schoongemaakt
worden ?
- Dat is meestal niet nodig, regelmatige regen op
het zonnepaneel spoelt de eventuele vervuiling
weg, zoals op een dakvlakvenster. - Uitwerpselen van vogels zullen door de hoge
oppervlaktetemperatuur van het zonnepaneel
verbranden, verkruimelen en wegwaaien. - Alleen in een vervuilende industriële omgeving
kan regelmatig reinigen aangewezen zijn.
9Teveel zonnestroom kan het elektriciteitsnet niet
opvangen.
- Op dit moment vormt zonnestroom geen enkel
probleem voor het elektriciteitsnet. De omvormer
is voldoende beveiligd om zichzelf snel uit te
schakelen als de spanning te hoog oploopt, wat
schadelijk zou kunnen zijn voor elektrische
apparaten. - Een groter toekomstig aandeel van zonnestroom in
het net kan goed ingepast worden door het
distributienet te moderniseren (via zogenaamde
smart grids). Dat is niet alleen goed voor
zonne-energie, maar biedt allerlei voordelen voor
netbeheerder en gebruiker. -
10De subsidies voor PV-installatie kosten teveel
geld
- In Vlaanderen komen de twee belangrijkste
steunmaatregelen niet uit overheidsbudgetten. De
groenestroomcertificaten per 1000 kWh worden
betaald door de netbeheerders en uiteindelijk
doorgerekend aan alle stroomverbruikers. - De terugdraaiende kilowattuurteller is gewoon een
besparing op de factuur. Zonnestroom vermijdt
immers het aankopen van klassieke stroom bij de
stroomleverancier. - De meerkost van alle groenestroomcertificaten van
alle PV-systemen die eind 2009 in Vlaanderen
geïnstalleerd stonden, bedraagt per kWh ongeveer
0,25 eurocent. - Dat komt voor een gemiddeld gezin per jaar uit op
10 euro (bij een verbruik van 4000 kWh). - In 2020 zal dat bedrag slechts stijgen tot 20
euro per gezin per jaar, door de elk jaar dalende
prijs van de groenestroomcertificaten (voor
nieuwe systemen). - De belastingvermindering voor zonnepanelen
betekent minder inkomsten voor de federale
overheid. Maar de installatie van zonnepanelen
zorgt ook voor extra indirecte- en directe
belastingsikomsten uit BTW en de groeiende
tewerkstellingin de sector. - Hier misschien toch ook vermelden dat de totale
energiefactuur voor bedrijven en gezinnen voor
ongeveer 40 uit taksen en belastingen bestaat.
Merkelijk meer dus dan de subsidies voor PV.
11Er is te weinig plaats voor zonnepanelen in
Vlaanderen
- Open ruimte is schaars en moet behouden blijven
in Vlaanderen. Maar de dichte bebouwing heeft als
voordeel dat er veel dakoppervlakte beschikbaar
is voor het opstellen van zonnepanelen. - Volgens een berekening van het Internationaal
Energieagentschap is in West-Europese landen
statistisch een oppervlakte van 18m2 per inwoner
beschikbaar, dit na aftrek van ongunstige
oriëntaties en ongeschikte daken (schaduw). - De helft van deze oppervlakte is hellend, de
helft plat dak. Daarnaast is statistisch nog 6,5
m2 per inwoner bruikbaar op gevels. - De totale zonnestroomproductie per inwoner is dan
ongeveer 2700 kWh per jaar, of ruim 30 van het
huidige totale Belgische stroomverbruik,
inclusief de industrie.
12- Gespecialiseerd in het plaatsen van zonnepanelen,
zonneboilers met het hoogste rendement aan
zonne-energie. Prijs Zonnepanelen. Kosten
zonnepanelen info? Installateur van zonne panelen
en zonneboilers, Wetteren. - http//www.mini-energietechniek.be