Title: Geen diatitel
1A pharmacologists view of CNS therapeutics
inactivation reuptake
transmitter release
pharmacological response
impulse conduction
receptor density signal transduction
synthesis storage
2Literatuur PSYCHOFARMACA
- Essential Psychopharmacology
- Stephan M. Stahl
- Second edition, Cambridge University Press, 2000
- Hele boek
Farmacologie Sitsen, Breimer, Cools, Saxena,
Smits en Wimersma-Greidanus Uitgeverij Bunge
1996 Hoofdstuk 3 centrale zenuwstelsel
3Psychofarmaca
- Neurotransmitters en neurotransmissie
- algemene aspecten psychofarmaca
- specifieke aspecten sub-groepen
- neurobiologische kenmerken
- werkingsmechanismen farmaca
- klinische toepassingen
- bijwerkingen
4NEUROTRANSMITTERS
5Factoren van belang bij centraal werkende farmaca
- BBB blood brain barrier opname bevorderend is
- grootte lt 3 A vrije passage
- ontbreken van een electrische lading
(fysiostigmine) - lipofiele eigenschappen van stoffen (haloperidol)
- aanwezigheid specifiek opname systeem (l-dopa)
- targeting tot bepaalde neuronale structuren ?
- perifere bijwerkingen
- interacties
- farmacodynamisch receptorveranderingen
- farmacokinetisch ophoping/enzym-remming
6Serotonerge synaps
Serotonine (5-Hydroxytryptamine)
Tryptofaan 5-HTP 5-HT
Ca
Tryptofaan hydroxylase
Ca
uptake 1
5-HTP decarboxylase
cAMP
Adenylate cyclase
MAO
ATP
-
5-HIAA
ß2
exocytose
?2
Presynaptic receptors
5HT
5HT1
diffusion
5HT
uptake 2
5HT2
5HT1
5HT3,4,5
Postsynaptic receptors
7Aangrijpingspunten Psychofarmaca
1. geleiding axon 2. valse transmitter 3.
synthese transmitter 4. verdringing uit
vesicel 5. blokkade exocytose 6. blokkade
calcium 7 presynaptisch a(nta)gonist 8.
postsynaptisch a(nta)gonist 9. blokkade
afbraak 10. blokkade heropname 11. blokkade
opname in vesicel
1
10
2
9
11
3
afbraak
4
7
Ca
5
6
9
8
afbraak
8Aangrijpingspunten psychofarmaca
9(No Transcript)
10Psychofarmaca indeling
- Anxiolytica
- Hypnotica en sedativa
- Antidepressiva
- Antipsychotica
- Lithium zouten
- Psychostimulantia
- Psychotomimetica
11the pharmacology of anxiety
Anxiogenic drugs
Anxiolytic drugs
GABA inhibitory interneuron
- Stimuli
- lactate
- CO2
- caffeine
GABA A receptor
12Mechanisme van Angstprocessen
- GABA
- diffuus verspreid
- benzodiazepine receptoren in cerebellum /
hippocampus - Serotonine
- dorsale raphe kern
- projecties naar basale ganglia en amygdala
- anticipatie en vermijdingsgedrag
- mediane raphe kern
- projecties naar hippocampus, thalamus en
neocortex en locus coeruleus (NA-kern autonome
effecten ?) - Angstpatienten
- verhoogde gevoeligheid voor CO2 en
cholecystokinine (CCK)
13Middelen voor angstbestrijding
- Benzodiazepinen GABAA agonisten
- 5-HT1A-agonisten buspiron
- Tricyclische antidepressiva
- Selectieve serotonine-heropname remmers
- MAOA remmers moclobemide
- Beta-blokkers
- Nieuwe farmaca
- Overigen (oud)
- Hydroxyzine geringe anxiolyse antihistaminicum
(dermatologie) - Meprobamaat (vnl. sedatie)
- Opipramol (vnl. sedatie)
14GABA-erge synaps
GABA (?-aminoboterzuur)
Glutamine Glutamaat GABA
Glutamine decarboxylase
Ca
uptake 1
Glutamaat decarboxylase
Ca
GLU
exocytose
Presynaptic modulation
GABA
diffusion
GABA
uptake 2
GABAA
GABAB
Postsynaptic receptors
G-protein
Ion-channel
15GABAA receptor
GABA-erg interneuron
Cl-
(-)
Barbituraten
GABA
()
effect
BZ
Picrotoxin
- Chloride kanaal opening hyperpolarizatie
- gevormd door 5 transmembraaneiwitten meestal
2?, ?,2 ? - (?1-6, ?1-4, ?1-4, ?1, ?1 en ?1) subunits (?1
en ?1-3 ) - eiwit-samenstelling van receptor verschilt per
weefsel/locatie - GABA bindt aan ? eiwitten, ethanol bindt aan ?
eiwitten - benzodiazepines (BZ) binden aan ? eiwitten
16Benzodiazepinen
- Anxiolytische werking
- Sederende en hypnotische werking
- Anticonvulsieve werking
- Spierrelaxerende werking
- Anxiolytica langwerkend T1/2 gt12 uur
- Hypnotica kortwerkend T1/2 3-6 uur
- Profylaxe alcohol onthoudingsverschijnselen
- Anti-epileptica
- Koortsconvulsies bij kinderen lt3 jaar
DOSERING
17In NL verkrijgbare benzodiazepinen
stofnaam
merknaam
- Alprazolam
- Bromazepam
- Brotizolam
- Clabazam
- Clorazepaat
- Diazepam
- Flunitrazepam
- Flurazepam
- Loprazolam
- Lorazepam
- Lormetazepam
- Nitrazepam
- Oxazepam
- Triazolam
- Zopiclon
- Xanax
- Lexotanil
- Lendormin
- Frisium
- Tranxene
- Valium
- Rophypnol
- Dalmadorm
- Dormonoct
- Temesta
- Loramet, Noctamid
- Mogadon
- Seresta
- Halcion
- Imovane
18Benzodiazepinen bijwerkingen
- Afvlakking psychisch functioneren, dufheid
- Concentratie stoornis, afname alertheid en
motorische vaardigheid (cave
autorijden) - Paradoxale reactie rusteloosheid, agitatie,
hallucinaties, wanen, agressief gedrag vooral
bij ouderen, jongeren en drugsverslaafden (cave
Rohypnolflunitrazepam) - Afhankelijkheid abstinentieverschijnselen
- Rebound gedrag meer angst/slapeloosheid (bij
zeer kortwerkende) - Amnesie
- Cave interacties met alcohol en andere
psychotrope stoffen
19Benzodiazepinen
- Meest voorgeschreven geneesmiddelen in NL
- 12.000.000 recepten 150-200 miljoen euros
- 10 van de bevolking heeft BZ als
slaap/kalmeringsmiddel - 1/3 van deze groep gebruikt BZ gt 6 maanden
- Vrouwen 2 x zoveel als mannen
- Vooral mensen ouder dan 60 jaar
- angst voor vallen, criminaliteit, geheugenverlies
- BZ als bijwerking geheugenverlies spierzwakte
- schatting 1450 heupfracturen door BZ / jaar
- BZ staan op de 126-lijst van ziekenfonds raad
- omstreden behandelingen
20Buspiron
- Werking
- partiele 5-HT1A agonist, presynaptische remming
van activiteit dorsale raphe kernen - postsynaptische remming van 5-HT1A en D2
receptoren in mediane raphe kern gering
antidepressief effect ? - Voordeel
- geen sedatie, spierverslapping of centrale
depressie - Nadeel
- langzaam intredende werking (2-3 weken)
- Bijwerkingen
- misselijkheid, duizeligheid, hoofdpijn
215-HT AUTORECEPTORS
Somatodendritic Autoreceptor
Presynaptic Autoreceptor
5-HT1A
5-HT1D human
5-HT1
5-HT
5-HT2
5-HT3
L-tryptofaan
5-HT1B rodent
Function inhibition of transmission, via IPSP
or decrease of 5-HT release
22Middelen bij Angststoornissen
GAS gegeneraliseerde angststoornis, PS
paniekstoornis OCS obsessief compulsieve
stoornis, SF sociale fobie
23Kenmerken Pathogenese van Psychosen
- Type 1 Type 2
- symptomen positieve negatieve
- begin acuut sluipend
- beloop in aanvallen chronisch slechter
- denkprocessen normaal verminderd
- sociaal tussen aanvallen voortdurend
- functioneren in redelijk/goed slecht
- antipsychotische goed slecht
- respons
Genetische factoren een-eiige tweeling (60
) twee-eiige- tweeling (10)
Betrokkenheid virussen geboren in jan-maart
grotere kans op psychosen
Rol voor Dopaminerge hyperactiviteit amfetaminen
lokken psychosen uit
24Werking Antipsychotica
- Psychisch
- antipyschotisch
- sederend
- Motorisch
- extrapyramidale bewegingsstoornissen
- Vegetatief
- anti-emetisch
- hypotensief
- hormonaal
25Receptorprofiel Antipsychotica
26Antipsychotica bijwerkingen
27Omvang van depressies in Nederland
- Chronische ziekten
- 5de plaats 300.000 gevallen / jaar
- Kortdurende ziekten
- 9de plaats 200.000 gevallen / jaar
- Doodsoorzaken met grootste verlies van
levensjaren - 8ste plaats suicide ? / jaar
- Depri ?
- seizoens-, vakantie-, postnatale-, puber- ?
28Kenmerken vitale depressie
- sombere stemming
- motorische remming
- extreme vermoeidheid / doorslaapstoornis
- schuldgevoelens / suicidale gedachten
- concentratiestoornis
- agitatie / agressie
- anhedonie / vermindering libido
- verandering eetlust / anorexie /boulimia
- dag / seizoen schommelingen
29Biologische aspekten bij de pathophysiologie van
depressie
- Mono-amine hypothese
- gestoorde funktie van 5-HT en/of NA in delen
van hersenen. - NA energie, lust,
- 5-HT/NA slaap/angst
- 5-HT stemming
- Bunney 1965, Coppen 1967
- HPA-as hypothese
- Hypothalamus (PVN, SON, SCN) met als transmitters
CRH, AVP - Pituitary (ACTH)
- Adrenal (vergroot bij suicide)
- hyperactiviteit in het HPA systeem relatie met
stress -
- Swaab et al. NHI, Amsterdam
Vasculair verminderde doorbloeding hersendelen ?
30Antidepressive therapie
- Farmacologisch
- grootste effectiviteit bij vitale depressie
- ondersteunend bij andere therapiën
- Psychotherapeutisch
- ECT elektroconvulsieve therapie
- TMS Transcraniale magnetische stimulatie
31Indeling Antidepressiva
- Tricyclische antidepressiva (TCAs)
- (o.a. imipramine, nortryptiline, doxepine)
- Selectieve serotonine heropname remmers (SSRIs
fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine, sertraline) - MAOA-remmer (moclobemide reversibele en
selectieve remming van 5-HT en NA afbraak) - Atypische antidepressiva
- mianserine, mirtazapine, nefazodon, trazodon
- Lithium stemmings-stabiliserend, als profylaxe
bij manisch-depressieve patienten.
32Tricyclische Antidepressiva
33Affiniteit van antidepressiva voor 5-HT en NA
NARI
SNRI
SSRI
34Werkingsmechanisme van Antidepressiva
- Korte termijn effecten
- verhoogde beschikbaarheid van NA en 5-HT
- interactie met andere receptoren, met als gevolg
dat ook de negatieve effecten (bijwerkingen)
direct optreden - Lange termijn effecten (adaptieve processen)
- down regulatie van receptoren m.n. beta-
adrenerg - verandering in second messengers c-AMP,
CaM-kinase, MAP-kinase - interactie met DNA productie nieuwe proteinen
35Mechanisms of (adrenergic) receptor
desensitization
extracellular
intracellular
GS
PO3
agonist
PKA
PO3
PO3
PO3
SEQUESTRATION
PHOSPHORYLATION
DOWN REGULATION
36Antidepressiva bijwerkingen
- Algemeen
- euforie, (versterking) depressieve agitatie,
uitlokken manie (NB suicide) - TCAs
- stimulering motoriek (desipramine en
nortryptiline) - anticholinerg droge mond, duizeligheid, mictie
en erectiestoornissen - locaal anesthetisch aritmien (contraindicatie
recent hartinfarct) - SSRIs
- maagdarm klachten, hoofdpijn, migraine
- agitatie, sexuele disfunctie
(fluoxetineProzac 30-70) - interacties met geneesmiddelen die afgebroken
worden door P450-systemen - MAOA overdosering, langdurige aspecifieke MAO
remming tyramine - Overige sedatie en orthostatische hypotensie
37Lithium Li-carbonaat - Li-citraat
- Indicaties
- acute manie
- profylaxe van bipolaire stoornis (gt10 jaar)
- Werkingsmechanisme
- membraaneffect ?, remming GSK-3 ?
- Nauwe therapeutische breedte
- regelmatig bloedspiegels bepalen, NB compliantie
- Bijwerkingen
- gastro-intestinaal misselijkheid, diarree
- dermatologisch acne, haaruitval, psoriasis
- neurologisch tremor, ataxie
- overige o.a. dorst, vermoeidheid, struma