Deel 3, gedragsproblemen bij kinderen met een verstandelijke beperking - PowerPoint PPT Presentation

1 / 60
About This Presentation
Title:

Deel 3, gedragsproblemen bij kinderen met een verstandelijke beperking

Description:

Title: PowerPoint Presentation Author: Annick Last modified by: Annick Vogels Created Date: 1/1/1601 12:00:00 AM Document presentation format: Diavoorstelling (4:3) – PowerPoint PPT presentation

Number of Views:160
Avg rating:3.0/5.0
Slides: 61
Provided by: Anni1163
Category:

less

Transcript and Presenter's Notes

Title: Deel 3, gedragsproblemen bij kinderen met een verstandelijke beperking


1
Deel 3, gedragsproblemen bij kinderen met een
verstandelijke beperking
  • Annick VogelsCentrum Menselijke Erfelijkheid,
    Leuven

2
Aanmeldingsklacht bij verstandelijk beperkten met
een psychiatrische aandoening
  • Gedragsproblemen zijn de frequentste redenen
    voor verwijzing naar een psychiater

3
Gedragsproblemen oorzaken
  • 1. Gedragsproblemen als teken van een
    onderliggende kinderpsychiatrische stoornis2.
    Gedragsproblemen tgv omgevings factoren3.
    Gedragsproblemen tgv van een lichamelijk probleem
    4. Gedragsproblemen gedragsfenotype

4
Gedragsproblemen als symptoom van een
kinderpsychiatrische stoornis
  • Zie lessen ADHD en autisme

5
Gedragsproblemen oorzaken
  • 1. Gedragsproblemen als teken van een
    onderliggende psychiatrische stoornis2.
    Gedragsproblemen tgv omgevings factoren3.
    Gedragsproblemen tgv van een lichamelijk probleem
    4. Gedragsproblemen gedragsfenotype

6
  • Ernstige stressverhuis, verandering van
    leefgroep of van school, overlijden van een
    familielid of verzorger, drukte, lawaai en gebrek
    aan privacy, overvraging, conflicten tussen
    familieleden, verwaarlozing, mishandeling,
    seksueel misbruik, pesterijen,

7
Gedragsproblemen oorzaken
  • 1. Gedragsproblemen als teken van een
    onderliggende psychiatrische stoornis2.
    Gedragsproblemen tgv omgevings factoren3.
    Gedragsproblemen tgv van een lichamelijk probleem
    4. Gedragsproblemen gedragsfenotype

8
  • Intracraniaal RIP
  • Visus en/of gehoorsproblemen
  • Pijn reflux oesofagitis, tandpijn
  • slaapstoornissen

9
Gedragsproblemen oorzaken
  • 1. Gedragsproblemen als teken van een
    onderliggende psychiatrische stoornis2.
    Gedragsproblemen tgv omgevings factoren3.
    Gedragsproblemen tgv van een lichamelijk probleem
    4. Gedragsproblemen gedragsfenotype

10
Gedragsfenotype
gedrag
cognitie
taal
motoriek
11
Gedragsfenotype definitie(Flint and Yule, 1994)
  • consistent geassocieerd met en
  • specifiek voor deze genetisch aandoening

12
Down syndroom
13
leerboek kinderpsychiatrie (R. Nyssen,1942)
  • Bijna alle mongoloïden bezitten een eigenaardig
    karakter Na een eerste periode van apathie en
    psychische asthenie, worden zij, ongeveer wanneer
    zij beginnen te loopen, zoeterig, eerder
    goedmoedig, leidzaam, aanhankelijk soms worden
    zij rumoerig en druk, maar meestal vertonen zij
    geen kwaadwilligheid. Door hun zin voor
    nabootsing, door de hansworststanden welke zij
    graag aannemen, door de onnoozele grapjes die ze
    uithalen, door hun lust voor muziek en rhythme,
    zijn zij de clowns van de afdeeling.

14
  • Vele mongoloïden hebben een eigenaardige
    spreekwijze hun stem is grof, hun spraak blijft
    gewoonlijk agrammatisch, waarbij dan nog dikwijls
    gestameld wordt. Bij sommmigen zelfs, zonder dat
    zij daarbij idioot moeten zijn, ontwikkelt de
    spraak heelemaal niet.

15
  • Hunne ouders kunnen gewoonlijk moeilijk van hen
    scheiden, juist omdat zij zo weinig storend en
    zoo liefkozend zijn.

16
  • Zoektocht naar gedragfenotypes

17
zin van het gedragsfenotype klinisch
  • minder beschuldigingen naar de ouders
  • stellen van de genetische diagnose
  • behandeling van gedragsproblemen
  • kennis van prognose en riscofactoren

18
Casus jongen 1990
  • huilbaby
  • Op 4 jarige leeftijd opname wegensernstige
    gedragsproblemen hyperactief, destructief,
    ongevoelig voor straffen en belonen, geen notie
    van gevaar of wat vies is, snel afgeleid

19
Opname pediatrie
  • Consult kinderpsychiater Uit een gesprek met
    moeder blijkt dat ze de problemen toeschrijft aan
    overdreven verwenning. Tijdens de observatie
    vinden we een aantal kenmerken die passen binnen
    die hypothese. Hij vertoont weinig structuur ,
    doch binnen strikte grenzen kan hij wel bevelen
    of verbod opvolgen. Bijkomend probleem is de
    zwakke begaafdheid van deze jongen (IQ78)

20
Conclusie van de pediater Ernstige
gedragsstoornissen zowel op school als thuis,
bij een 3-jarige jongen. Een oorzaak hiervoor is
te vinden in een kombinatie van zwakke mentale
begaafdheid en overdreven verwenning door de
moeder.
21
  • 5 jaar thuisbegeleiding en nadien opvangtehuis
    voor moeilijk opvoedbare kinderen gedurende 7
    maanden
  • 6 jaar - verschrikkelijke nachten, slaapt
    enkele uren, uitdagend, nerveus en verbaal
    agressief, onbeleefd en schrokkering tijdens de
    maaltijden, stoelgang smeren, spuwen, vernielen
    van meubels, hyperventileren houdt van
    knuffelen, helpt in het huishouden, geen fysische
    agressie
  • bijzonder onderwijs voor gedragsmoeilijke
    kinderen (type 3)

22
  • Pediatrie KO rotatoire nystagmus,
    brachycefaal, dwarse handpalmlijnen en korte,
    brede handenverklaring van dit gedrag- broer
    van de moeder zeer vergelijkbaar gedrag als
    kind- vader is een afwezige figuur
    (vrachtwagenchauffeur) - echtscheiding en nieuwe
    partner stiefvader is het niet eens met de
    aanpak van moeder- Moeder consequente aanpak
    is het moeilijkste

23
  • film

24
Smith-Magenis Syndroom?
25
Smith-Magenis Syndroom
  • Eerste beschrijving 1968
  • Prevalentie 1/15.000 tot 1/25.000

26
Klinische kenmerken neonatale periode
  • Neonataal - hypotonie met beperkte zuigreflex
    en failure to thrive- rustig- alert en
    responsief

27
Klinische kenmerken lichamelijke kenmerken
  • Kleine gestalte, fors gebouwd
  • faciale kenmerken breed, vierkant gelaat,
    cupidoboog in de bovenlip, midfaciale hypoplasie,
    fors voorhoofdgrof gelaat bij opgroeien
  • hese stem en gehoorsverlies tgv frequent otitiden
  • myopie
  • kleine gestalte

28
Klinische kenmerken intelligentie
  • Licht tot matig mentale vertraging met
    uitgesproken taalvertraging tot de leeftijd van 5
    jaar (DD autisme)

29
Klinische kenmerken gedrag
  • Slaapstoornissen hypersomnia tijdens de eerste
    levensjaren en ernstige slaapproblemen nadien
    inslaapproblemen, gefragmenteerde slaap, korte
    nachten, overdreven slaperig overdag tgv
    omgekeerd circadiaans rythme van melatonine
    secretie
  • Gedragsproblemen woedeuitbarstingen, agressie
    automutilatie (hoofdbonken, skin picking en
    bijten op de pols onder de leeftijd van 18
    maanden, onychotillomanie en polyembolokoilomanie
    bij ouderen)aandacht zoekend, ongehoorzaam,
    afleidbaar
  • Stereotiep gedrag self hugging, lick and flip,
    tandenknarsen, body rocking, handen in de mond

30
Smith-Magenis Syndroom?
31
  • 6 jaar del 17p11.2 Smith-Magenis Syndroom)
    negatief Niettemin past zijn klinisch beeld
    goed bij deze aandoening (vooral het gedrag, de
    hese stem en de faciale kenmerken). Een kleinere
    mutatie, niet op te sporen met de huidige
    technieken, is echter niet uitgesloten

32
  • 8 jaar Het afgelopen jaar is zijn gedrag
    gunstig geëvolueerd. Hij is, ook zonder
    medicatie, veel rustiger. De evolutie laat ons
    toe om de diagnose van Smith-Magenis Syndroom
    niet meer te weerhouden. Bij deze aandoening
    blijft het gedrag zeer moeilijk , ook met ouder
    worden

33
  • 9 jaar GEEN epilepsie paterniteitstest
  • 10 jaar opname in een tehuis voor
    gedragsmoeilijke kinderen De relatief
    positieve evolutie tijdens het verblijf hier doet
    de diagnose Smith-Magenis Syndroom in twijfel
    trekken, hier ervaren we evenwel een zeer
    wisselend patroon van functioneren, met ernstige
    tekorten. Het laatste behandeljaar werd
    gedomineerd door conflicten tussen de ouders.
    Voor Tom gaf dit veel spanning, met toename van
    symptoomgedrag. Met behulp van medicatie
    (dixarit) kon rust gecreëerd worden en Tom heeft
    het schooljaar op een positieve manier kunnen
    afsluiten.

34
Nat Genet. 2003 Apr33(4)466-8.
                   Mutations in RAI1 associated
with Smith-Magenis syndrome.Slager , Newton TL,
Vlangos CN, Finucane B, Elsea SH Smith-Magenis
syndrome (SMS) is a mental retardation syndrome
associated with deletions involving chromosome
17p11.2. Persons with SMS have characteristic
behavioral abnormalities, including
self-injurious behaviors and sleep disturbance,
and distinct craniofacial and skeletal anomalies.
We identified dominant frameshift mutations
leading to protein truncation in RAI1 in three
individuals who have phenotypic features
consistent with SMS but do not have 17p11.2
deletions detectable by standard fluorescence in
situ hybridization techniques. PMID 12652298
35
Ethiologie Deletie 17p11.2
36
Deletie of RAI1 mutatiegenotype/fenotype
correlatie
  • Kleine gestalte, hypotonie, spraak en motorische
    retardatie, gehoorsverlies tgv ototiden, hart-en
    nierafwijkingen del17p11.2
  • Betere intelligentie, polyembolokoilomanie, self
    hugging, spierkrampen, droge huidRAI1 mutatie

37
  • We may be interested in evaluating the RAI1
    gene in this child.  We have found the behavioral
    features to be key in the identification of these
    children
  • (S.H. Selsea, 2004)

38
Deletie of RAI1 mutatie
  • Del 17p11.2 90
  • RAI1 mutatie 10

39
  • 13 jaar sexueel ontremd gedrag, maakt alles
    kapot, slaat alles kapot, bijt op zijn vingers,
    scheurt zijn kleren, blijft krabben aan wondjes,
    hangt in de gordijnen, alle boeken en computer
    kapot, om de twee maanden een nieuwe bril nodig,
    ontsnapt s nachts via het raam naar het dak en
    zo naar de buurman R/ antihormonale therapie
    (androcur)

40
Beleid bij Smith-Magenis Syndroom
  • Neonataal voedingsproblemen
  • Peuterleeftijd 1. Diagnostische oppuntstelling
    IQ, taal, motoriek2. logopedie!! SMOG3.
    gedragsproblemen - lichamelijke oorzaak ?
    (otitis, GE reflux, caries, E, visus)-
    prikkelarme omgeving, individuele begeleiding,
    routine en structuur- medicatie zeer individueel

41
  • moeder komt met haar vierjarige zoon naar de
    raadpleging omdat hij moeilijk iseen lieve
    kleuter met een matig verstandelijke beperking,
    wil soms niet stappen, wil niet naar de kapper,
    wil niet naar de kermis,. En het verzet is
    hardnekkig!!
  • Film lander

42
(No Transcript)
43
Het Williams Syndroom
  • Lichamelijke kenmerken- neonatale
    voedingsproblemen- cardiaal supravalvulaire
    aortastenose- faciale dysmorfie-
    hypercalcemie- verstandelijke beperking
  • Emotionele en cognitieve kenmerken- vriendelijk
    en sociaal- cocktail party speech- face/space
    duality- hyperacusis en muzikaal talent

44
Ein Syndrom von Adipositas, Kleinwuchs,
Kryptorchismus und Oligophrenie nach
Myotonicartigem Zustand in Neugeborenalter
  • Prader A., Labhart A., Willi H.
  • Schweiz. Med. Wochenschr.861260-1261,1956

45
Diagnosis of Prader-Willi Syndrome
  • Before 1981 clinical diagnosis
  • 1981 deletion 15q11-13
  • 1983 paternal deletion 51q11-13
  • 1992 maternal uniparental disomy chr 15
  • 1995 Imprinting defect on chrom 15

46
Clinical Phenotype
  • Phase 1 the hyopotonic phase
  • Phase 2 the hyperphagic phase
  • Phase 3 adolescence and adulthood

47
Jongen van 24 met Prader-Willi
  • Ernstige beperking
  • Imprinting defect
  • Neuroleptica
  • Onrustig, geagiteerd, slaapproblemen, zoekt meer
    naar eten, loopt voortdurend rond, gaat
    achteruit, wartaal

48
Psychose bij Prader-Willi
  • Acuut
  • Symptomen wisselen zeer snel fase van onrust,
    agitatie, wanen, hallucinaties, angsten,
    insomnianaar fase van hypersomnia, weigeren van
    eten, gebrekkig contact (katatoon beeld)

49
  • Mama komt met haar zevenjarige dochter die
    moeilijk iswil steeds eigen tv programmas,
    volgens een vast ritueelwil niet meer naar toilet

50
  • Autisme
  • Angsten!

51
  • Nasale spraak
  • Hartafwijking (vsd)

52
Velo-cardio-faciaal syndroom (Shprintzen 1978)
  • gespleten verhemelte
  • conotruncale hartafwijking
  • faciale dysmorfie
  • leerstoornissen/verstandelijke beperking

53
Het velo-cardio-faciaal syndroom
  • 1/4000
  • Zeer variabel fenotype
  • Kernkenmerken cardiale afwijkingen (40),
    hypoparathyroidie met hypocalcemie (late onset),
    verhemelte afwijkingen, thymushypoplasie met
    immunodeficiëntie, faciale dysmorfie,
    leerproblemen, psychiatrische problemen (60)
  • Andere nierafwijkingen, (30), epilepsie (5)

54
Velo-cardio-facial syndrome
  • Eerste levensjaren hartafwijkingen(70),
    voedingsproblemen (nasale reflux!), respiratoire
    infecties respiratory infections
  • kinderjarenleerproblemen,spraakproblemen,schuw,
    terug getrokken angstig, gepest,
    concentratieproblemen
  • Adolescenten en volwassenenobesitas, scoliose,
    psychose (34)

55
Vcfs en gedrag
  • Kinderjaren problemen met sociale vaardigheden,
    impulsief, verbale perseveratie

56
Psychiatrische problemen bij VCFS
  • Kinderjaren ADHD, ASS, angsten
  • Volwassenen - angsten (risico X3)
  • - schizofrenie en schizoaffectieve stoornis (1op
    3)anderzijds 1 van de ptn met schizofrenie
    heeft vcfs

57
Klinisch beeld van schizofrenie bij
vcfsgelijkaardig aan klassieke schizofrenie
  • eerste fase van langzame algemene achteruitgang
    sociale isolatie, schoolweigering, verminderde
    interesses, impulsief en onvoorspelbaar gedrag,
    wisselende stemmingen, woedeaanvallen, fysische
    agressie, bizarre angsten, paniekaanvallen,
    verbale perseveraties, dwangmatigheden
  • fase met positieve symptomenvan wanen en
    hallucinaties en verder deterioratie
  • chronisch verloop met verder algemene
    achteruitgang en sociale isolatie

58
Psychiatrie en het velo-cardio-facial
syndrome(Fung et al. 2010)
  • Psychosen bij 22 schizofrenie of
    schizo-affectieve stoornis
  • Angsten bij 12.5 , meestal gegeneraliseerde
    angststoornis (Fung et al., 2010 n40) (normale
    populatie 5.7)

59
Microdeletie syndromen met gedragsfenotype
  • Prader-Willi Syndroom (15q11-13)
  • Angelman Syndrome (15q11-13)
  • Smith-Magenis Syndrome (17p11)
  • Velo-cardio-facial Syndrome (22q11)
  • Williams Syndrome (7q11)
  • Neurofibromatosis (17q11)

60
Gedragsfenotypes belang
  • Informatie over het gedragsfenotype helpt de
    clinicus bij syndroomdiagnoseen helpt de ouders
    en hulpverleners bij de aanpak van de mentaal
    vertraagde persoon
Write a Comment
User Comments (0)
About PowerShow.com